Tom Waakop Reijers behoort zeker niet tot wie je in 't algemeen 'de modernen' noemt. hij laat de mode de mode en werkt aan zijn beelden en beeldjes, best wel eens twijfelend en zoekend, maar eerlijk , enthousiast en gesteund door de kennis van zijn métier. Tom is een realist, werkt figuratief, maar zijn plastieken, of dat nu dieren of vrouwenfiguren betreft, zijn zeker niet alleen maar nuchtere weergaven van wat hij zag. Zijn realisme berust niet op imitatie. Je ziet, dat hij steeds weer geprobeerd heeft zijn objecten in een karakteristieke houding te betrappen. Gestolde beweging, momentopnamen, maar vooral ook symbolen van stemmingen en situaties. Dikwijls benadrukt hij het typische, hij 'dikt' de vormen dan aan, doet dat vaak in de ware betekenis van het woord. Daardoor krijgt zo'n bij het grazen gestoord schaap, zonder dat dit gedetailleerd, krulletje voor krulletje wordt uitgebeeld, toch iets puur wolligs.
Nijlpaard en rhinoceros maken een kolossale indruk, zo klein als ze - beeldjes- zijn. de stoerheid van het Belgische paard wordt nog eens benadrukt door de gesloten bolle vormen en de muskus-os is één brok ingehouden kracht. Die bolle, ronde vormen komen steeds weer terug, ook bij de vrouwenbeelden. Rond, bol, maar nooit 'zwaar' met een eenvoudige, rustige contour.
Moeiteloos genieten: je ervaart bij deze plastieken bijna als vanzelf de intensiteit waarmee het allemaal gedaan is, het scherpe observeringsvermogen, de grote zeggingskracht. En dat alles bij elkaar bepaal je ook nog eens nadrukkelijk bij het feit, dat al ga je dan ook 'gewoon' door in een bepaalde traditie, je puur en alleen door je persoonlijkheid iets kunt voortbrengen, dat je eigenlijk telkens wer volkomen nieuw is.
Ger Kruis, kunstcriticus/journalist